Tennisclub Sobri is opgericht in 1931 en is de enige tennisclub in Voorburg. Sobri speelt op tennispark Vreugd&Rust, een monumentaal park met prachtige oude bomen en zeer beschut gelegen in het oude centrum van Voorburg. Het karakteristieke clubhuis uit 1928 is gevestigd in de voormalige plantenkas van Prinses Marianne, het externe karakter is volledig behouden gebleven, wel is recent het zeer zonnig gelegen terras vernieuwd.
De naam Sobri
De eerste kampioenen
Die acht eerste leden, toen het minimum voor de NLTB, werden meteen kampioen in de derde klasse. SOBRI groeide langzaam, maar in de oorlogsjaren kwam het tennissen stil te liggen door gebrek aan van alles, maar vooral ballen. Wel werden andere activiteiten, zoals bridgen, voortgezet en de vriendschap en clubgeest bleven bewaard. Er werden met 3 ballen 700 games gespeeld, met steeds weer opruwen van de “knikkers” met een staalborstel. En toen Jan Nijland (hij was 19 jaar voorzitter) in juni ’45 de eerste ALV na de oorlog opende, zei hij dat er maar twee banen konden worden gehuurd, niet zozeer vanwege het ledental, maar vooral vanwege de beperkte beschikbaarheid van nieuwe of te recoveren tennisballen. De jaarcontributie toen bedroeg 25 gulden. Vanaf dat jaar ging het echter crescendo met SOBRI en na vijf jaar speelde men in de eerste klasse (toen de hoogste landelijke klasse, nu eredivisie).Kaartjesverkoop
Er kwamen soms meer dan 500 toeschouwers en het luikje links van de poort is nog een stille getuige van de kaartjesverkoop. Sobrianen als Fenny en Lony ten Bosch, de gebroeders Lucas, Huib Wilton, Jan Nijland, B. Slavenburg en Jos Windt waren de topspelers uit die dagen, en Sobri werd landskampioen (!) in 1952. Maar de accommodatie werd te klein, al werd er vaak kleedruimte geïmproviseerd in het woonhuis. Pa Lucas, zelf ook Sobriaan, bood daarom aan om in Park Leeuwenbergh een nieuw banencomplex op te zetten met veel accommodatie en een groot clubhuis (en met obers in rok!). Dat najaar werd in de ALV met een geringe meerderheid besloten om te verkassen naar Leeuwenbergh, hoewel een relatief groot aantal leden niet meeging. Vijf jaar later kwamen van heimwee vervulde Sobrianen weer terug op honk, met meenemen van de club(naam) maar met achterlating van de tennistop in de toen opgerichte T.C.Leeuwenbergh.Er hangen daar nog steeds foto’s van de kampioenen met de naam SOBRI getooid. SOBRI moest weer moeizaam de band met de V&R directie opbouwen, bovendien waren de Gravellers daar neergestreken en bleven er 24 jaar. Die jaren waren er voor de competitie in het weekend dan ook niet meer dan twee, hooguit drie banen beschikbaar.
Dansvloer op baan 1
SOBRI was toen, en bleef, een echte gezelligheidsvereniging, waar voor alles veel tijd was. Zat je in de Redactie Commissie, dan moest je minstens 12 Skoors per jaar uitbrengen, af te draaien op een gigantische oude Gestättner stencilmachine, en die ook thuis bezorgen (niet de machine dus). Was je lid van de Feest Commissie, dan organiseerde je een fietsrally, zorgde voor de posten, soms was er zelfs een dopingcontrole bij het oude pissoir (dat stond ooit waar het O.E. overgaat in de Herenstraat). En bij dansavonden zeulde je vier grote en dus loodzware plankiers van het paviljoentje bij het oefenmuurtje naar baan 1 om er een dansvloer van te maken.De jeugd
Toen De Tobbe (is nu theater Ludens) nog op de plek van het het oude badhuis stond, is daar ooit een goed stukje lustrumcabaret neergezet. De Technische Commissie had in die jaren naast de zaterdag- en zondagcompetitie (dames- en jeugdcompetitie waren nog niet zo gegroeid als thans) ook nog de nodige (handicap)toernooien te regelen en ladderwedstrijden. De Jeugd Commissie kwam in de 60er jaren ook officieel van de grond. Op Leeuwenbergh had Fred Hemmes de jeugdtraining op poten gezet, op V&R moest dat nog gebeuren. Maar dat lukte steeds beter. In de commissie zaten destijds naast senioren relatief veel oudere junioren, in 1981 bijv. waren drie van de vier leden oudere junioren. Hier is de stormachtige ontwikkeling van de “jeugdzorg” bij SOBRI goed aan af te meten. Toen ging het eigenlijk vooral om jeugdtraining en daarnaast een eigen jeugdhappening, al of niet in combinatie met een senioren toernooi of feest. Nu is er veel, veel meer begeleiding, zijn er benjamins, zijn er naast de competitie ook toernooitjes en uitwisselingen met andere clubs, en is er sinds kort een eigen SOBRI JEUGDjournaal. Sobri heeft de Toekomst!Naar een bijdrage van Harry Knol.